OUD-BIJLERS OP DE PRAATSTOEL: JODY KOEHLER
Het is jullie wellicht niet ontgaan. Bijl PR bestaat deze maand dertig jaar. Om deze mijlpaal te vieren hebben we een nieuwe rubriek in het leven geroepen: ‘Oud-Bijlers op de praatstoel’. Hierin blikken we samen met Oud-Bijlers terug op hun tijd bij Bijl PR, maar we kijken vooral naar de toekomst. Hun eigen toekomst, de toekomst van het communicatievak en natuurlijk van Bijl PR. In aflevering drie gaat onze vliegende keep Amber Roelofs in gesprek met Jody Koehler. Hij heeft ruim vijf jaar als adviseur bij Bijl PR gewerkt.
“Dertig jaar Bijl PR, dat is natuurlijk fantastisch. Dertig jaar is lang en op zoveel niveaus is dat een enorm compliment waard. Voor Ruud, maar ook voor de Bijlers die er nu werken of gewerkt hebben. De Bijlers zijn een club bijzondere mensen, zelfs de Oud-Bijlers weten elkaar nog steeds te vinden. Ik heb daar heel veel respect voor”, vertelt Jody als hij kijkt naar wat Bijl PR allemaal heeft bereikt. Zelf heeft hij ruim vijf jaar bij Bijl PR gewerkt. Hij blikt terug op een voor hem magische tijd: “Ik heb me bij Bijl PR zo thuis gevoeld. Mijn eerste herinneringen zijn vooral het bureau, de cultuur, de manier van werken en de verschillende klanten waar we voor mochten werken. Het was echt een warm bad waar ik in terecht kwam.”
Van Bijler naar Coopr
Na zijn periode bij Bijl PR richtte Jody samen met Jos Govaart zijn eigen pr-bureau op, Coopr. Dit bureau bestaat inmiddels twaalf jaar en is uitgegroeid tot een succes met klanten als Coca-Cola, LinkedIn, Adidas en Netflix. “Het is leuk om te vermelden dat wij de eerste anderhalf jaar nog tot de Bijlers behoorden. Dat weten niet veel mensen, maar we hebben het ontstaan van Coopr volledig te danken aan Ruud en Bijl PR. Dat is voor ons echt de vliegende start geweest waar we nog steeds heel veel profijt van hebben. Het is magisch hoe onze connectie is geweest en eigenlijk nog steeds is.”
Luisteren om te begrijpen
Als Jody kijkt naar de trends binnen het communicatievak ziet hij best veel ontwikkelingen die volgens hem nu belangrijk zijn en ook blijven. “Ik denk dat we vooral nog veel te maken zullen krijgen met maatschappelijke thema’s. Denk hierbij aan inclusiviteit, diversiteit en duurzaamheid maar ook misinformatie.” Volgens Jody zouden bedrijven zich minder moeten focussen op het geven van complexe antwoorden, maar juist meer op het overbrengen wat ze echt doen en waar ze zich mee bezig houden. “Dit betekent dat we misschien wat meer moeten luisteren om dingen te begrijpen, en niet alleen om te reageren.”

Adviseurs laten adviseren
Jody hoopt dat pr- en communicatieadviseurs in de toekomst nog meer mogen adviseren. “Ik hoop dat wij in de toekomst een mooie positie mogen innemen bij bedrijven. Door de buitenwereld naar binnen te halen en de onderstroming naar boven te tillen. Dan mogen we echt adviseren. Niet alleen over wat bedrijven moeten zeggen, maar vooral ook over wat ze moeten doen. Ik denk dat we dan een heel mooi vak hebben en echt van toegevoegde waarde zijn.”
Bijl PR doorgeven aan de volgende generatie
Jody is Bijl PR nooit uit het oog verloren: “Ik heb Bijl PR op afstand altijd in de gaten gehouden en afgewacht wat er zou gaan gebeuren. Ik was benieuwd of Ruud op een gegeven moment zou stoppen of het bedrijf zou verkopen, maar het doorgeven aan een volgende generatie is natuurlijk helemaal mooi. Dat is ook typisch Ruud. Dat Sophia en Marjoleine het over gaan nemen, vind ik wel heel erg gaaf om te zien.” Hij ziet de toekomst van het bureau met vertrouwen tegemoet: “Het zal deels anders worden, maar ook blijven leunen op de cultuur en waarden die er altijd al waren.”
Tot slot heeft Jody nog een boodschap voor Ruud: “Ik heb een hele bijzondere relatie met Ruud. Ik kan niemand bedenken die een grotere invloed op mijn carrière heeft gehad dan hij. Door mij als knaapje vorm te geven als pr-professional én mij de kans te geven om Coopr te lanceren samen met Jos. Dat heb ik simpelweg allemaal te danken aan één man. Dat is Ruud. Proficiat! Laten we snel een biertje drinken en ik wens je nog heel veel mooie en gezonde jaren.”